Artikel 14
- 1Voor de heffing van de inkomstenbelasting en de vennootschapsbelasting behoeft met betrekking tot een schuldvordering luidende in een geldeenheid van een van de andere lid-staten die deelnemen aan de derde fase van de Economische en Monetaire Unie, welke vordering niet verband houdt met een in die andere geldeenheid luidende schuld, een koerswinst die als gevolg van de invoering van de euro ontstaat, in afwijking in zoverre van artikel 3.25 van de
Log in of activeer deze boektitel om verder te lezen.
Om het hele document te lezen moet u eerst inloggen of deze boektitel activeren.