Een werknemer beklaagt zich bij de werkgever over de lange en veelvuldige nachtdiensten die hij moet draaien en die hem erg zwaar vallen. Dit neemt de werkgever hem niet in dank af en er wordt aangestuurd op een einde van de arbeidsovereenkomst. Uiteindelijk dient de werknemer een ontbindingsverzoek in. De kantonrechter oordeelt dat de opstelling van de werkgever tegenover de werknemer en de voortdurende overtreding van de Arbeidstijdenwet ernstig verwijtbaar is. Het ontbindingsverzoek van de werknemer wordt daarom toegewezen, onder toekenning van de transitievergoeding en een billijke vergoeding van € 25.000.