Als een werknemer bij beëindiging van zijn arbeidsovereenkomst een vergoeding ontvangt, in een situatie waarin geen opzegtermijn in acht is genomen, wordt sinds 1 januari 1999 een gedeelte van die vergoeding aangemerkt als loon over een fictieve opzegtermijn (art. 16 lid 3 WW). Omdat de werknemer zolang hij recht heeft op betaling van loon geen recht heeft op WW-uitkering, wordt de ingangsdatum van de WW-uitkering opgeschoven tot na de fictieve opzegtermijn. Bij ontbinding door de kantonrechter wordt de vergoeding toegerekend aan de periode onmiddellijk volgend op de datum van de beschikking tot ontbinding. Is het ontbindingsverzoek ingediend door de werkgever,
Log in of activeer deze boektitel om verder te lezen.
Om het hele document te lezen moet u eerst inloggen of deze boektitel activeren.