Onder de Witteveen pensioenwetgeving kon een tijdelijk overbruggingspensioen (top) worden toegezegd als de pensioendatum voor het bereiken van de 65-jarige leeftijd lag. In de praktijk betekende dit in de meeste gevallen dat het top liep van 60 tot 65 jaar. Het Ministerie van Financiën nam het standpunt in dat voor de directeur-grootaandeelhouder alleen recht bestond op een tijdsevenredig vastgesteld top. (Zie het Besluit van 10 februari 2004, nr. CPP2003/1610M, vraag 10.)
Directeur enig aandeelhouder heeft recht op volledig overbruggingspensioen
Artikel 10c Uitvoeringsbesluit Loonbelasting 1965, Artikel 18a, lid 8, artikel 18e en artikel 18h Wet op de loonbelasting 1964
Feiten
Een
Log in of activeer deze boektitel om verder te lezen.
Om het hele document te lezen moet u eerst inloggen of deze boektitel activeren.